Fit
Fit bijvoeglijk naamwoord
“In goede conditie”
Wanneer kun je spreken van een goede conditie? Vaak denken we bij conditie aan de lichamelijke conditie en het uithoudingsvermogen die gekoppeld worden aan bewegen en sporten. Ik denk dat een goede lichamelijke conditie niet alleen afhankelijk is van het aantal keren dat je per week sport. Volgens mij is het net zo belangrijk om ook goed te (kunnen) ontspannen en gezond en (zo veel mogelijk) biologisch en onbewerkt te eten. Bij de adviezen die ik geef, houd ik dan ook altijd rekening met deze drie pijlers: Ontspannen, Eten en Regelmatig bewegen. Ik ben tenslotte niet voor niets OERsterk Coach. Afhankelijk van jouw wensen/klachten/leefstijl staat één van deze pijlers bovenaan. Leef jij bijvoorbeeld een heel gestrest leven? Dan kijken we eerst naar wat we op dat gebied kunnen aanpassen. En… wat ik belangrijk vind, niet alles tegelijk, zeker niet in het geval van stress, omdat we dat juist willen voorkomen toch?
Peer
Uit “De hoorn des Overvloeds” Psychologische symbooltaal van de Voedingswaren. Christiane Beerlandt
“De Peer staat symbool voor een Draagvermogen-in-Evenwicht. De mens die er diep in zijn ziel naar verlangt om al wat tot hem komt in zijn leven, om zijn inhoud, zijn emoties, zijn kennis, zijn “alles” …. In evenwicht te kunnen dragen. Een vraag om Evenwicht, om Stabiliteit, om een sterke en niet uit zijn evenwicht te brengen Basis. Het doet ons denken aan de Weegschaal: niet overdrijven, noch in de éne, noch in de andere richting. Je niet op sleeptouw laten nemen door je emoties, noch je leven te zeer regelen naar ‘verstand’. Links en rechts in evenwicht.
De Peer wijst ook op het verlangen in de mens om zich goed te vestigen in zijn fysieke lichaam; dat de mens op een nadrukkelijke, sterke wijze zou bezit gaan nemen van zijn lichaam. Je zeker voelen van jezelf, je zeker voelen in Eenheid met je Lichaam.
Van de mens die sterk naar Peren verlangt kunnen we zeggen: véél leeft in hem, een rijkelijke inhoud (gevoelens, gedachten, emoties, ervaringen, potentiële mogelijkheden…) is in hem aanwezig. Deze weelde vraagt om een structuur die niet verstikkend werkt, maar die kan meegolven, uitdeinen, zich soepel aanpassen, waar dit nodig is. Een vorm die perfect past bij de inhoud. Een toestaan van deze uitdeining van het Ik, wanneer dat nodig is. Een structuur mag niet pletten, niet inperken. Anderzijds is het zo dat een dergelijke hoeveelheid Inhoud vraag om een stevige bodem, een evenwichtige, structurele richtlijn. Zoals de fles het water bevatten kan. Zoals de vruchten in de Hoorn des overvloeds ook een stevige Hoorn behoeven om hen te dragen.
Vele sappige energieën, rijkelijke levenskrachten vragen om het Geloof in de eigen Stevigheid, in het eigen Vermogen om het IK een soliede en veilige draagkracht te bieden. De mens zal zich stevig in zichzelf mogen ‘zetten’ of dragen. Hij moet binnen de oevers van zijn eigen wezen de draagkracht zoeken en met niet steunen of leunen op een ander.
Hij heeft behoefte aan een kalme, rustige, zelfzekere overschouwing. Hij luistert naar zijn gevoel… naar zijn verstand. Hij behoudt het evenwicht. Hij tracht de gulden middenweg te vinden. Hij weet dat dan emoties niet de bovenhand zullen halen.
Het wijst naar de ‘heupen’ naar het vermogen om op een evenwichtige wijze het leven te dragen, zodat niets tot overlast wordt. Men weet het evenwicht te houden tussen ‘het iets doen voor de andere’ en het eigen welzijn. De Peer-sfeer valt niet in extremen, houdt steeds de kerk in het midden. Men zal dus in alle eerlijkheid met zichzelf moeten leven en handelen; opdat men niet uit zijn evenwicht wordt gehaald. Eerst komt die zelfliefde; men handelt in ‘harmonie’ met zichzelf, men leeft aldus naar waarheid…; men forceert zichzelf niet, men kronkelt zich niet in allerlei bochten, men verzint geen leugens om een ander te plezieren… Men IS te allen tijde stevig en rechtuit zichzelf.
Het verlangen naar Peer wijst erop dat men diep in zichzelf verlangt naar het gevoel van: ‘Ik kan op mezelf bouwen; ik laat me niet uit mijn evenwicht brengen door anderen; ik wijk niet af van mijn gevoel voor eerlijkheid, harmonie, rechtvaardigheid; ik wil sterk in mezelf blijven; ik voel me kloek en stevig gedragen door mijn sterke basis, in mijn sterke lichaam…”. Slechts de leugen of het uit-zichzelf treden, het zichzelf verlaten voor iets of iemand buiten zichzelf…kan hem aan het wankelen brengen, met alle emotionele verwarring vandien. Zijn hoofd raakt slechts verward, in chaos, in angst of paniek, wanneer hij te veel ‘toegeeft’ aan iets dat ‘buiten’ hemzelf ligt en helemaal niet in harmonie staat tot hemzelf. Hij mag zijn eerlijke stem nooit verlaten of verraden…Hij mag de haan niet Driemaal laten kraaien.
Deze mens heeft er dus behoefte aan om sterk op Zichzelf te rekenen en mag het Geloof in zijn sterke basiskracht opvoeren. Slechts wanneer hij twijfelt aan zijn innerlijke draagkracht, zal hij compromissen sluiten met de leugen, zal hij meespelen met anderen, met zaken waar hij eigenlijk in zijn hart helemaal niet mee akkoord gaat. Hij zal zijn ziel slechts verkopen aan de duivel zolang hij twijfelt aan de macht van de Goedheid die in hem huist
De behoefte aan Peer wijst erop dat de mens verlangt naar een Stevige Vestiging op zijn eigen brede, sterke basis; dat hij zeker wordt van zichzelf, niet twijfelt aan zijn intuïtief-rationeel oordelingsvermogen en op een eerlijke wijze krachtig, met overzicht vanuit zijn Evenwichtige toestand spreekt. Hij is nu Meester over zijn rijkelijke inhoud, hij bouwt slechts op de eigen sterke ruggengraat, wankelt niet, twijfelt niet. Hij durft vrank en vrij voor zichzelf en zijn mening uitkomen en laat zich niet van zijn stuk brengen door de omgeving. Hij bezit het meesterlijke vermogen om klaar te zien en te handelen. Vorm en inhoud zijn op harmonische wijze in mekaar gegoten als het ware. De mens voelt zich stevig, sterk, breed en stabiel in zijn fysieke lichaam. Een deugddoend evenwicht, een innerlijke Zekerheid, een Rust, een Kracht.”